De leerlingen gaan naar het theater om daar te kijken, én actief mee te leven en te doen, met de voorstelling. Het bezoek aan het theater is voor velen al een beleving op zich: de zaal, het podium, de lichten gaan uit, de muziek, de kostuums, de spanning, het verhaal, de personages, kortom, een magische beleving. In een vrolijk, maar tevens indringend verhaal wordt de problematiek zichtbaar gemaakt. De leerlingen worden meegenomen in het leven van een aantal dieren en de gevolgen die zij ondervinden van het feit dat hun habitat van ze wordt afgenomen. Uiteraard biedt het verhaal ook een oplossing en daar worden de leerlingen actief bij betrokken.

De theaterdisciplines van de voorstelling zijn dans en spel en acrobatiek. De dieren worden uitgebeeld door dans en acrobatiek.

Tijdens de voorstelling worden de leerlingen actief betrokken bij het verhaal. Om deze bijdrage te vergroten worden er twee voorbereidende opdrachten uitgevoerd in de klas. Het eindresultaat van deze opdrachten nemen de leerlingen mee naar het theater om zodoende een nog grotere rol te spelen in het verhaal en zelfs een belangrijk onderdeel uit te maken van de oplossing die dit verhaal naar een goed einde zou kunnen brengen.

Het project kan eventueel uitgebreid worden met workshops dans en acrobatiek. Deze kunnen voorafgaand aan de voorstelling gevolgd worden óf juist nog achteraf als extra verdieping. De workshops zijn niet noodzakelijk, maar alleen een toevoeging. Deze workshops hebben het thema: “van dierenbewegingen naar dans of acrobatiek” en zijn vooral gericht op het zelf ontdekken van de mogelijkheden van dit thema. Samen met de docent wordt al het ontstane materiaal in een geheel geplaatst zodat het eindresultaat eventueel gepresenteerd zou kunnen worden aan ouders en/of leerlingen. Op deze manier zou het project, vanuit de leerlingen uit groep 5 en 6, meegenomen kunnen worden naar de hele school en de problematiek een draagvlak kunnen gaan krijgen.

Na de voorstelling is er de mogelijkheid tot een nagesprek met de verteller en eventueel de dansers en acteurs van de voorstelling. Dit kan meteen na de voorstelling en kan gaan over de inhoud van de voorstelling, maar ook vragen over het ontstaan van de voorstelling, het theater, het dans- of acteursvak, de techniek enz. mogen aan bod komen. Graag nemen we de leerlingen mee in het hele proces.

Er kan ook een afspraak worden gemaakt voor een later moment op school.
De verteller komt dan in de klas voor een gastles. Uiteraard gaat deze gastles over de problematiek rondom de kap van de regenwouden en de gevolgen daarvan.